The Tree House - Een sprookje

Het eerste dat ze zien, zijn de lichtjes. Ontelbare kleine lichtjes, overal waar je kijkt. De aantrekkingskracht ervan is onweerstaanbaar. Het is bijna alsof je ze kan aanraken en meenemen, zo lijken ze in de lucht te zweven van waar ze nu staan. En dan het huis. Heb je ooit zoiets gezien?

Ze kunnen niet zeggen waar het huis begint en de boom ophoudt, alsof ze gelijktijdig zo gegroeid zijn en nu tot in oneindigheid met elkaar verbonden. Verandert er iets aan de boom, dan verandert het huis en andersom. 

Wie wonen hier?

Als ze dichterbij komen, horen ze kinderen lachen. En volwassenen met elkaar praten,  gemoedelijk. De avond is ingevallen en langzaam zien ze de zon in zee zakken. Een prachtig gezicht. Net als ze op het punt staan om verder te lopen, stapt er een man door de deur. Hij groet en gebaart hen dichterbij te komen. "Op vakantie?' "Ja, we kwamen voorbij en bewonderden zojuist uw huis". "Ja, het blijft bijzonder, hè? We wonen hier nu iets van wat een eeuwigheid lijkt en er verandert steeds iets aan ons huis. Of het door de zeewind komt, die hier altijd waait, de geur van de bomen en bloemen die ons omringen of dat het gewoon deze plek is... we weten het zelf ook niet precies, maar 't is heerlijk. Ons huis leeft'.

'Prachtig. We hebben nog nooit zoiets gezien. En uw huis lijkt het enige in de buurt dat zo gebouwd is..?' 'Dankuwel. Onze dochter heeft het ontworpen, dus het is helemaal op de wensen van ons gezin afgestemd. We krijgen er vaak complimenten over. Ze heeft het heel mooi gemaakt', glimlacht de man. Daarmee beëindigen ze hun gesprek en wensen elkaar een goedenavond. En terwijl ze hun wandeling langs het haventje met vissersboten vervolgen, vangen ze nog net een glimp op van een nieuwsgierig blond jongetje dat zijn hoofd door de deur steekt en hen nakijkt.